Gisteren flink opgehemeld over de sterren. Toen de maan, laat in de nacht, ons kwam vergezellen werd duidelijk dat dit hemellichaam ook even besproken moest worden. De maan vergezeld ons tijdens onze reis. Soms enorm groot en rond soms als een piep klein sikkeltje en soms ook niet. De maan licht ons niet alleen bij maar zorgt samen met de zon ook voor het getij. De maan, lekker eigenwijs als hij is, loopt niet in de pas met de zonnedag. Een maandag duurt een uurtje langer. Na een maandje is hij weer even bij. Hierdoor is de situatie elke dag net iets anders en is het ook op andere momenten hoog en laag water. Het water voelt zich aangetrokken tot de zon en de maan. Er worden onvoorstelbare hoeveelheden water verplaatst door dit fenomeen. Na het boodschappen in Boulogne Sur Mer je schip 9 meter lager zien liggen is een gevolg van deze krachten. Maar door de uit de pas lopende maan zijn er momenten dat ze elkaar versterken of juist elkaar in de weg zitten. Gevolg is dat het ook
iedere dag meer of minder hoog en laag water is. Springtij en doodtij zijn de benamingen voor de uiterste.
Toen we in de tropen zaten lag de maan op z’n rug.. In Nederland zijn we gewend dat de maansikkel beetje rechtop staat waardoor het maanmannetje comfortabel kan zitten op het onderste puntje. Rond de evenaar ligt dat zelfde mannetje relaxt achterover hetgeen misschien wel past bij de “no worry, Enjoy!” cultuur.

Wij liggen overigens momenteel ook behoorlijk achterover door de forse helling die de Novatrix momenteel maakt. Niet zo relaxt maar we hebben het prima naar ons zin. Er staat een lekker windje en we hobbelen over de deining veroorzaakt door een passerend lagedrukgebied ver naar het noorden. We sturen recht naar Flores en het schoonhouden van het onderwaterschip lijkt z’n effect te hebben.